Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zeide Joab: De HEERE doe tot Zijn volk, gelijk zij [nu] zijn, honderdmaal meer; zijn zij niet allen, o mijn heer koning, mijn heer tot knechten? Waarom verzoekt [4]mijn heer dit? Waarom zou het Israel tot schuld worden? 4. Dat is, gij heer koning.